Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want wij zullen met hen niet erven aan gene zijde van de Jordaan, en [23]verder heen, als onze erfenis ons toegekomen zal zijn aan deze zijde van de Jordaan, tegen den [24]opgang. 23. Dat is, tot aan de uiterste landpalen van Kanaan. 24. Te weten, der zon; dat is, oostwaarts, tegen het oosten van Kanaan, waar Gilead gelegen was.